Inception is een film uit 2010 van Christopher Nolan (tevens regisseur van The Prestige en Memento). De film gaat over mensen die trachten in een droom iemands geheimen te ontfutselen of er een nieuw idee in te planten. Inception is niet enkel een actiefilm met sciencefiction-elementen, maar ook een interessant onderwerp voor filosofen. Voor wie de film nog niet gezien zou hebben: hij is zeker het bekijken waard. Eind van dit jaar verschijnt het boek “Inception and philosophy” met daarin een hoofdstuk van mijn hand. Zodra ik zelf een exemplaar in handen heb gekregen, geef ik hier zo’n boek weg.
Het boek “Inception and philosophy” is Engelstalig en het omvat eenentwintig hoofdstukken. Mijn hoofdstuk heet “How to keep track of reality” en staat als eerste in het boek; de inhoudstafel kun je hier alvast bekijken. De uitgeverij is Open Court: in 2000 zijn ze gestart met hun reeks “… and philosophy” waarin intussen al een zestigtal titels zijn verschenen. Ze zijn niet de enige uitgeverij met een reeks over filosofie en populaire cultuur: de voormalige hoofdredacteur van de reeks bij Open Court, professor in de filosofie William Irwin, stapte in 2006 over naar uitgeverij Blackwell, om daar een gelijkaardige reeks op te starten. Zo komt het dat er eind dit jaar twee boeken verschijnen met precies dezelfde titel, “Inception and Philosophy“, maar met een andere kaft errond en met andere hoofdstukken erin van andere schrijvers.
Sommige filosofen stellen zich vragen over dit soort boeken. (Maar ja, vragen stellen is dan ook ons beroep.) “The Simpsons and philosophy“, “Harry Potter and philosophy“, … : is het niet te plat, te simpel en te goedkoop allemaal? Ik vind van niet: als poging om filosofie toegankelijker te maken zijn dit soort initiatieven lovenswaardig. Als je de aandacht kunt trekken met een populair onderwerp moet je dat vooral doen, als je daarna maar iets zinnigs te vertellen hebt. (Lees hier William Irwins verdediging van de populariserende filosofieboeken: Fancy taking a pop?) Filosofie heeft het voordeel dat het geen onderwerp is, maar eerder een methode: kritische reflectie kun je op bijna ieder onderwerp toepassen. Sommige onderwerpen lenen zich er natuurlijk gemakkelijker toe dan andere. Sommige films, zoals The Matrix bijvoorbeeld, bevatten zelf al een filosofische kernvraag. Ook Inception bevat duidelijk filosofische elementen, daarom leek het me leuk om aan een populariserend boek over deze film mee te werken. Dit is onze trailer voor het boek:
In Inception kunnen meerdere mensen dezelfde droom delen. Ook komen er dromen in dromen voor: zo ontstaan er verschillende levels of niveaus. Het hoogste niveau is de werkelijkheid die we in wakende toestand ervaren en het bodemniveau wordt ‘limbo’ genoemd. De personages en ook de toeschouwers moeten voortdurend bijhouden op welk droomniveau bepaalde gebeurtenissen plaatsvinden om zo de werkelijkheid niet uit het oog te verliezen.
De film roept vragen op als: (hoe) kan ik ooit zeker weten dat ik wakker ben of dat ik droom? Wellicht twijfel je er niet aan dat je wakker bent terwijl je dit leest, maar weet je het echt zeker? Dit soort twijfel aan zaken waaraan geen zinnig mens lijkt te twijfelen is het handelsmerk van de sceptische filosofie. Mijn hoofdstuk geeft hier een inleiding over, beginnend met Zhuang Zi, de Oud-Chineese filosoof die droomde dat hij een vlinder was. Of was het een vlinder die droomde dat hij een filosoof was…? Dan komt Plato aan de beurt met de gevangenen in de grot, een verhaal dat Plato zijn leermeester Socrates in de mond legt. Ook René Descartes passeert de revue en heel even de hersenen-in-een-vat-hypothese die bekend is geworden door Hilary Putnam.
De personages in Inception trachten werkelijkheid en droom van elkaar te onderscheiden met behulp van een totem: een klein voorwerp dat ze bij zich dragen en waarvan alleen zijzelf de precieze eigenschappen kennen. Als ze in de droom van iemand anders zitten, zullen ze dit kunnen merken, doordat de dromen zich de eigenschappen van het voorwerp verkeerd voorstelt. Het hoofdpersonage Dom Cobb, gespeeld door Leonardo DiCaprio, gebruikt een draaitol als totem. Als fysicus vind ik deze totem een heel vreemd gegeven. Ofwel ontgaat er mij hier iets, ofwel rammelt het verhaal op dit punt. In werkelijkheid is er altijd wrijving, dus als je een tol laat draaien, zal die door wrijving vertragen en uiteindelijk omvallen. Nu denk je wellicht: dat weet toch iedereen, daar hoef je geen fysicus voor te zijn! Dat is dan ook precies mijn bezwaar, want in de film is het zo dat de tol niet omvalt als Cobb ermee in iemands droom zit. Als het de bedoeling is om mensen te doen geloven dat ze wakker zijn, terwijl ze eigenlijk dromen, dan begrijp ik niet welke dromer zo’n evidente fout zou maken tegen de fysica. Op dit vlak zijn de rode dobbelsteen van Arthur (vertolkt door Joseph Gordon-Levitt), die verzwaard is maar op een onbekende manier, en het schaakstuk van Ariadne (gespeeld door Ellen Page), een loper waarin ze een gat heeft geboord om het zwaartepunt te verhogen, meer realistische hulpmiddelen om de werkelijkheid te achterhalen.
Het is overzichtelijk om een verhaalstructuur uit te tekenen aan de hand van een diagram. Dat is dan ook wat ik in mijn hoofdstuk doe: het begint eenvoudig, met een diagram van Zhuang Zi’s vlinderdroom en de gevangene die uit Plato’s grot ontsnapt. Dan maak ik soortgelijke diagrammen voor een aantal films. Zo heeft The Matrix precies dezelfde structuur als Plato’s verhaal. The Thirteenth Floor heeft een ingewikkelder schema en dat van eXistenZ is nog complexer. Uiteindelijk komen we bij het vloerplan van Inception en de vraag wat het einde van de film betekent.

Mijn schema’s voor het boek zijn eenvoudiger, maar hopelijk ook iets duidelijker dan deze infografiek van Shahed Syed op deviantART. (Bron: http://dehahs.deviantart.com/gallery/#/d2unnlj)
Pingback: Win een boek! » Sylvia's blog
Pingback: Hoe een rups een vlinder wordt » Sylvia's blog
Pingback: Interstellar » Sylvia's blog
Pingback: Inleidend college filosofie: over waarheid (kenleer) » Sylvia's blog