Vorige week was ik in Tilburg voor een tweedaags congres ‘Formal Epistemology Meets Experimental Philosophy‘ (FEMEP). Het was erg interessant, maar in mijn zoektocht naar inspiratie voor een blogpost bleek de reis de bestemming. Ik ging naar Tilburg met de trein. In België hebben we voorlopig enkel de Metro (weliswaar in het Nederlands en het Frans), maar in Nederland hebben ze meerdere gratis kranten voor spoorreizigers. Zo blader ik er wel eens door Metronieuws, Spits, of De Pers. Al deze dagbladen brengen voor een groot deel dezelfde korte berichten en roddels. Onder het mom van “wetenschapsnieuws” plaatsen ook veel betalende kranten flitsberichten over curcieuze onderzoekjes zoals: de invloed van de kleur van het middageten op nachtmerries. (Oké, dit voorbeeld heb ik verzonnen, maar je weet vast over welk soort nieuwtjes ik het heb!)
Vorige week was er weer zo’n nieuwtje: het blijkt slecht te gaan met de biologiekennis van Nederlandse basisschoolleerlingen. Ook de andere kranten brachten dit nieuws, maar journaliste Puck Roest van Metronieuws besloot het bericht te illustreren met vijf voorbeeldvragen en ons meteen het juiste antwoord mee te geven. Het verspreiden van wetenschappelijke kennis, al is die van basisschoolniveau, is een mooie zaak. Leuk idee, dacht ik nog, tot ik het stukje las…
De eerste vraag was: “Waarom verliest een boom zijn bladeren in de herfst?” Oei, meteen een waarom-vraag. Die kunnen best pittig zijn, al hangt het er natuurlijk van af wat voor antwoord je verwacht. Met deze woordvolgorde – die de nadruk lijkt te vestigen op ‘in de herfst’ – ben ik geneigd een flauw antwoord te geven: omdat als bomen in de zomer hun bladeren zouden verliezen, ze te weinig zonneënergie krijgen en sterven. Dit flauwe antwoord kun je echter tot een wetenschappelijk antwoord uitbouwen. Vanuit evolutionair oogpunt kun je je verschillende voorlopers van de moderne loofboom voorstellen met verschillende aanleg tot bladval. De exemplaren die hun blaadjes in de winter vasthielden vroren dood, de exemplaren die in de zomer hun blaadjes lieten vallen zijn ook uitgestorven, … Enkel de best aangepaste loofboomsoorten zijn blijven bestaan.
Om het ‘waarom’ te snappen, moet je eigenlijk ook het ‘hoe’ weten. Maar welke processen in de boom ervoor zorgen dat de blaadjes vallen, weet ik zelf helemaal niet. Snel het antwoord lezen dus. Metronieuws houdt het erbij dat de boom zo verhindert dat er in de winter water en voedingsstoffen verdampen via de bladeren. Dit is ook het juiste antwoord volgens deze clip van SchoolTV. Nu vind ik het best bizar om een waarom-vraag met een doeloorzaak te beantwoorden, maar teleologische verklaringen schijnen moeilijk te vermijden te zijn in de biologie. En als die kinderen nog niet rijp zijn om de nuances van evolutie te begrijpen, is dat misschien een pedagogisch verantwoorde aanpak.
Ik heb een trauma opgelopen aan waarom-vragen. Ik zat nog op de lagere school toen ik een stukje heb gelezen dat ging over een paard dat een kar trekt en telkens dieper inging op hoe dit mogelijk is. Het begon met de uitvinding van het wiel en uiteindelijk kwam het uit bij de zon, die de gewassen doet groeien, die het paard de energie geven om de kar te trekken. De moraal van het verhaal was dat je niet te snel moet denken dat je begrijpt waarom iets gebeurt. Deze conclusie maakte een verpletterende indruk op mijn kinderzieltje en het is best mogelijk dat ik hier nog steeds niet volledig van ben bekomen.
Hup, tweede vraag: “Waarom is een spin geen insect?” Ik weet wel dat een spin twee pootjes meer heeft dan een insect, maar ook hier vind ik een ‘waarom’-vraag niet helemaal gepast. Ik zou de vraag herformuleren als: “Wat is het verschil tussen spinnen en insecten?” De categorie ‘insect’ is door mensen gemaakt en zegt eigenlijk weinig over de aard van de diertjes zelf. Er zijn trouwens ook classificaties waartoe zowel insecten als spinnen behoren: geleedpotigen, bijvoorbeeld. Sommige oude classificaties blijken bij verder genetisch onderzoek trouwens onterecht.

Zo ziet een spin er aan de onderkant uit. Een spin heeft acht poten, in tegenstelling tot insecten die er maar zes hebben.
De echte schok kwam bij vraag vier: “Waarom is het ’s nachts donker en overdag licht?” Volgens de krant is het antwoord: “Omdat de aarde om de zon heen draait.” Dit heeft er echter niets mee te maken! De aarde draait wel om de zon, maar dat duurt een jaar en het is elke nacht donker. Het verschil in dag en nacht ontstaat natuurlijk doordat de aarde elke 24 uur om haar eigen as draait.
Op terugweg uit Tilburg, een dag later, bladerde ik weer door de kranten. Gelukkig is het met de wetenschappelijke kennis van sommige lezers nog niet zo slecht gesteld: er stond een lezersbrief in Metronieuws die netjes het juiste antwoord op de dag-en-nacht uitlegde. Deze lezer vroeg zich ook af wat die vraag eigenlijk met biologie te maken heeft…
Ook GeenStijl maakt zich vrolijk over de misser. Ze linken naar dit vrolijke filmpje van SchoolTV dat het fenomeen van dag en nacht precies uitlegt op basisschoolniveau.
O ja, het antwoord op de vraag in de titel van dit stukje is: om haar as. ;-)
Pingback: Papiervretende monsters » Sylvia's blog
Pingback: Graffiti in Bristol (deel 1/2): van Banksy tot ROA » Sylvia's blog