Moment van ontroering

Het mechaniek van de ontroering.Rudi van den Hoofdakker is eerder deze week overleden en met hem mijn favoriete dichter: Rutger Kopland. Ik hoorde het nieuws vandaag op de radio. Het spijt me dat ik niet eerder een stukje over hem geschreven heb. Hij stond nochtans hoog op mijn lijstje met dichters die (ook) over wetenschappelijke onderwerpen schreven. Rudi van den Hoofdakker was hoogleraar psychiatrie aan de Rijksuniversiteit Groningen en die achtergrond klinkt geregeld door in het werk dat hij onder zijn pseudoniem Rutger Kopland publiceerde.

Ik zou vandaag maar wat graag zijn beschouwingen over poëzie en herinnering herlezen in “Het mechaniek van de ontroering”, maar helaas heb ik dat boek hier niet bij de hand. Dit vaak geciteerde stuk uit de bundel plukte ik dan maar van internet:

Wat is het toch dat een grap, een vondst, een gebaar, een foto, een schilderij, een paar regels, dat die iets teweeg kunnen brengen, iets onverhoeds kunnen laten gebeuren dat lijkt op het losspringen van een slot. Een op het eerste gezicht onbetekenende sleutel past op een slot waarvan je niet wist dat je dat in je omdroeg. Ik ben al lang nieuwsgierig naar die sleutels en die sloten, dat mechaniek van de klik.

Een boek dat ik wel bij de hand heb is een bloemlezing met Koplands gedichten. Daarin staat natuurlijk “Jonge sla”. Dit gedicht weerklonk ook bij het radiobericht over zijn overlijden, maar het is intussen zo’n cliché geworden, dat ik haast niet meer kan geloven dat het ooit oprecht bedoeld is geweest. Daarom plaats ik een ander gedicht, “De laatste bevindingen”, dat meteen een goede illustratie is van wetenschappelijk geïnspireerde poëzie.

De laatste bevindingen

 

Er waren zoals we dachten te weten twee werelden –

de echte en die andere

 

dit onderscheid is onlangs bij nader onderzoek

een overbodige illusie gebleken: deskundigen

hebben in menselijke hersenen gezocht

en geen verschillen gehoord of gezien

 

integendeel, wat zij vonden was met geen pen

te beschrijven, zo ongelooflijk eenvoudig

zo mooi

 

zij noteerden:

 

‘De nacht viel in de ramen van ons instituut,

maanlicht streek over de jonge borsten

van onze vrouwelijke proefpersoon

 

en ja, de door haar hersencellen aangedreven apparaten

zuchtten en in onze microscopen zagen we

in haar moleculen melkwegen van verlangen.

 

Wij zoeken nog koortsachtig naar formules.’

 

Aldus enkele opgetogen, onbedoeld lyrische citaten

uit hun verslag

Als je niet vertrouwd bent met het werk van Kopland, leen dan zeker eens een dichtbundel bij de bibliotheek of lees als opwarming deze korte bespreking van zijn werk.

Gelijkaardige berichten:

Facebooktwitterredditpinteresttumblrmail

1 Reactie

  1. Pingback: Vaarwel juli, welkom augustus (met regenbogen) » Sylvia's blog

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

7 × 1 =