Laatste-schooldag-gevoel

Wij muizen ervandoor.Ik heb al heel de dag het gevoel dat iemand in mijn maag heeft gestompt. Melancholie, omdat we gaan verhuizen en ik vandaag allerlei dingen voor het laatst doe, hier, in onze vertrouwde omgeving.

Precies zo voelde ik me altijd op de laatste schooldag. Er was toen nog geen internet, dus wist ik niet dat er zoiets was als Last Day of School Sadness. Ik begreep nauwelijks waarom er een steen op mijn hart drukte: een vaag gevoel van spijt dat het voorbij was en het gevoel dat ik er niet genoeg van had genoten. Mijn laatste laatste-schooldag-blues is zo lang geleden! Door deze herhinnering versterkt de melancholie van vandaag zich nog.

Zo is het vandaag de laatste dag dat ons kindje naar deze opvang gaat, vanaf maandag gaat hij ergens anders. Ik twijfel er niet aan dat hij daar ook goed verzorgd gaat worden (anders brachten we hem daar niet, uiteraard). En toch is er dat knagende besef dat er iets wordt afgesloten: het was zo gewoon met de verzorgsters zijn dag te overlopen, kleine gesprekken te hebben met andere ouders, dezelfde kindjes te zien, … Gelukkig is ons kindje nog te klein om te beseffen dat hij voor het laatst in deze opvang is. Hopelijk voelt hij dan ook geen steen van melancholie in de maag, maar is het voor hem vooral een heel gewone dag – de dagelijkse routine van eten en slapen, spelen en ontdekken tussen de inmiddels zo vertrouwde gezichten.

Ik heb iets geknutseld om uit te delen als afscheidscadeautje: voor iedereen een muis (omdat we ervandoor muizen) met een wafeltje erin. Het idee komt van deze webpagina, maar omdat onze printer de verhuis niet goed doorstaan heeft, heb ik een eigen variant van het ontwerp gemaakt, met passer en lineaal op ruitjespapier. Ja, een passer – nog zoiets dat ik de voorbije tien jaar niet heb nodig gehad. Het voordeel was dat ik het ontwerp heb kunnen optimaliseren om zoveel mogelijk te kunnen gebruiken van mijn gekleurd karton, dat net iets groter was en andere verhoudingen had dan A4-formaat.

Om de half-cirkelvormige oortjes mooi op het lijfje te laten aansluiten, moet je de vaste punt van de passer in de bissectrice van de betreffende kant van het lijfje plaatsen (en het Wikipedia-artikel toont hoe je dat met passer en lineaal kunt doen). De details in de afwerking zijn ook zo veel mogelijk met cirkels gedaan:

  • twee halve cirkels voor de oortjes,
  • één halve cirkel voor de neus (lijkt kleiner op de foto omdat het gevouwen is)
  • en kwartcirkels voor de ogen.

Geometrisch gezien passen er zes muizen in een cirkel als ze met de neuzen naar elkaar staan, maar omdat ik maar vijf verschillende kleuren had, poseren ze hier met vijf. Om ze te vervoeren kun je ze in elkaar schuiven (met het wafeltje er al in); leg ze dan best op een zijkant in een doos.

Melancholie en meetkunde grijpen wonderwel in elkaar, maar deze congruentie kende Albrecht Dürer al (en dat was in de zestiende eeuw).

Een muis met een wafeltje erin, om het afscheid te verzachten.

Nog zo’n laatste: fruit kopen bij het winkeltje in onze straat in Gent. De man doet me aan mijn moeder denken: altijd opgewekt en bereid tot een praatje. Ik vertelde hem vandaag over onze verhuis en bleef iets langer babbelen dan gewoonlijk. Hij vertelde dat hij enkele jaren geleden een appartement heeft gekocht, maar dat hij geen schotelantenne mag plaatsen van de syndicus. Hij komt uit Pakistan en zou natuurlijk graag het nieuws uit zijn thuisland ontvangen. Er wonen ook Turkse mensen in het gebouw. Volgens de syndicus mogen ze wel één grote antenne zetten en vandaaruit draden trekken naar de verschillende appartementen. Maar de richting om Pakistaanse zenders te ontvangen is anders dan voor Belgische of voor Turkse zenders. Grr, syndicuskantoren

Gelijkaardige berichten:

Facebooktwitterredditpinteresttumblrmail

4 Reacties

  1. PJ Swinkels

    Afscheid nemen van een woning doet pijn, hoe graag je er ook uit wilt vertrekken, ik ken dat. Ik heb jaren op een appartement gewoond, in een van de randgemeenten van Antwerpen. Ik was blij dat ik kon vertrekken, maar verlang er soms toch naar terug. Naar het appartement, en vooral naar de stad. Leven in een stad heeft het voordeel dat je alles bij de hand hebt. Niet alleen het bekende, datgene wat je nodig hebt, maar ook het onbekende, dingen waar je nooit om hebt gevraagd. Steden leven, dorpen trappelen ter plaatse. De provinciestad waarin ik woon, Turnhout, zit daar zo’n beetje tussenin. Ik woon er nu zo’n jaar of twintig en ken (zo heb ik de indruk) vrijwel alle gezichten van de inwoners. In Antwerpen nam ik om twee uur de tram en stond een kwartier later midden in de wereld. Turnhout lijkt wel een eilandje voor de kust van de echte wereld, met vaste bewoners die nooit van het eiland zijn geraakt. Zelf ben ik ook een beetje een eilandbewoner geworden. De echte wereld ligt aan de overkant van het water, in Antwerpen bijvoorbeeld, of Eindhoven, of Boston, allemaal steden waarin ik ooit heb gewoond. Tijd om te verhuizen, zul je zeggen, maar ja, de woning raakt zo langzamerhand afbetaald en ik word een jaartje ouder, verhuizen is me eigenlijk gewoon te veel moeite.

    Reageren
    1. Sylvia Wenmackers (Auteur bericht)

      Bedankt voor je reactie en sorry voor mijn trage antwoord. Heel herkenbaar, ja, die dingen waar je nooit om gevraagd hebt! Ik was eerder al eens aan een stukje begonnen over het leven in de stad, naar aanleiding van een artikel dat precies hierover ging. Toen de verhuis dichterbij kwam, was ik dat conceptbericht totaal vergeten. (Weer eens verstrooid…) Daarom heb ik vandaag nog een nieuw stukje geplaatst als aanvulling bij het bovenstaande.
      PS: Turnhout is dan geen Boston, maar je stad was toch maar mooi elke dag in het nieuws vorige week. ;-)

      Reageren
  2. Pingback: Menselijke wrijving in de stad » Sylvia's blog

  3. Pingback: Jaaroverzicht 2013 » Sylvia's blog

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

÷ 1 = 3