Een hoop onbeduidendheden
12 december 2022
Als een dief elke nacht een korrel zand steelt van een hoop, zie je het verschil niet meteen. (Afbeelding gegenereerd met Stable Diffusion.)
Eentje is geentje, zeggen ze. En toch maken veel kleintjes één groot.
Een korrel van een grote hoop zand is verwaarloosbaar. Stel dat je een hoop zand op je oprit hebt liggen en er ’s nachts iemand een zandkorrel van wegneemt, dan zul je het verschil de volgende ochtend beslist niet merken. Het lijkt dezelfde hoop. En als het de volgende nacht weer gebeurt, ligt er nog steeds een hoop zand. Toch kan de dief niet eindeloos korrels blijven weghalen. Die grote hoop bestaat immers uit niets anders dan zandkorrels, dus op een bepaald moment is hij aan de laatste korrel toe. En natuurlijk heb je al eerder gezien dat de hoop flink geslonken is.
Een groot verschil merken we wel, ook al is dit opgebouwd uit onmerkbaar kleine verschillen. Filosofen noemen dit verschijnsel de paradox van de hoop. Ons onvermogen om kleine verschillen te detecteren kan nuttig ingezet worden in ons dagelijkse leven. Als je gewoonlijk veel zout gebruikt in de keuken, dan zullen gerechten met veel minder zout je niet smaken, ook al zou dat wel beter zijn voor je bloeddruk. Als je echter elke dag een korrel zout minder gebruikt, dan wen je geleidelijk aan zoutarme gerechten, zonder ooit een verschil te proeven. Hetzelfde geldt voor suiker in je koffie. Dat is ook de manier waarop producenten hun bereide gerechten — van sauzen tot chips — geleidelijk minder zout-, vet-, of suikerrijk kunnen maken, zonder dat klanten het merken.
Soms steekt de paradox van de hoop ons echter ook stokken in de wielen. Dat gebeurt in situaties waarin we niet inzien hoe onze kleine handelingen zouden kunnen bijdragen aan grote problemen — of oplossingen. In 2013 legde een Vlaamse affichecampagne tegen zwerfvuil de vinger op de wonde met deze slogan: ‘Maar 1 blikje, denken 2 miljoen mensen per jaar.’ Op de bijbehorende website stond er: ‘Inderdaad, iedereen denkt wel eens “ach, wat is nu 1 kauwgom of 1 blikje?” Maar al die kleintjes zorgen er samen wel voor dat onze straten, parken en bermen vuil ogen. Door hier niet aan deel te nemen, kunt u het verschil maken.’
De zwerfvuilcampagne liet het verhaal van twee kanten zien. Enerzijds is er de redenering van het individu dat één blikje de zaak niet kan maken en anderzijds is er de collectieve impact van deze houding: twee miljoen blikjes is een groot verlies aan recycleerbare grondstoffen. Toch krijgt iemand die iets in de berm gooit nog steeds niet het gevoel dat die ene kauwgom of dat ene peukje het probleem is: het ligt aan die mensen die al die andere troep achterlaten… Om Calimero te parafraseren: ‘Zij zijn met veel en ik is alleen en dat is niet eerlijk!’
Je zou het de zwerfvuilparadox kunnen noemen. De onderliggende paradox zit ook in ons taalgebruik ingebakken: net zoals we een zandkorrel geen hoop noemen, noemen we een blikje geen zwerfvuil. Dit houdt de ‘eentje is geentje’-illusie in stand. Deze illusie speelt ons ook parten in verkiezingstijd. Veel mensen denken ‘Mijn stem maakt het verschil niet’ en toch bepalen ze (samen) de uitslag. Dat is de paradox van het stemhokje. De stelling dat eentje geentje is, houdt geen steek — tenzij je zeker bent dat het er écht maar eentje is, maar dat ben je nooit.
In een vertaling van het Boek der Veranderingen (de I Tjing) vond ik de gedachte als volgt geformuleerd:
‘De kleine man denkt dat kleine goede daden niet veel nut hebben, en hij voert die daden niet uit; en dat kleine slechte daden geen kwaad kunnen, en hij onthoudt zich er niet van. Vandaar dat zijn slechtheid groot wordt, totdat ze niet meer te verbergen is, en zijn schuld wordt groter totdat ze niet meer vergeven kan worden.’ (Christopher Markert vertaalde het Chinese boek in 1986 in het Engels en Karel Lorteije vervolgens in het Nederlands.)
De achttiende-eeuwse politicus en filosoof Edmund Burke zei het nog krachtiger:
‘Niemand maakte een grotere fout dan degenen die niets deden omdat ze slechts weinig konden doen.’ Edmund Burke (mijn vertaling)