Tag Archief: Ada Lovelace

Gelukkige Ada-Lovelace-Dag 2013!

Ada Lovelace was wiskundige en ze ontwikkelde het eerste computerprogramma... in 1843.Ik wens jullie allemaal een gelukkige Ada-Lovelace-Dag!

De twee voorbije jaren schreef ik ook een blogbericht voor deze gelegenheid:

Het stukje van vorig jaar kreeg na twee maanden plots veel bezoekers. Eerst wist ik niet wat er aan de hand was, maar toen bleek dat het 10 december was (de geboortedag van Ada Lovelace), dat Google daar een doodle aan had gewijd en dat mijn bericht voor de Nederlandstalige bezoekers op de eerste resultatenpagina verscheen. Toch even schrikken, zoveel volk hier ineens!

In een recent artikel in New York Times Magazine, met als titel “Why are there still so few women in science?” (“Waarom zijn er nog steeds zo weinig vrouwen in de wetenschap?”), schreef Eileen Pollack:

As so many studies have demonstrated, success in math and the hard sciences, far from being a matter of gender, is almost entirely dependent on culture — a culture that teaches girls math isn’t cool and no one will date them if they excel in physics; a culture in which professors rarely encourage their female students to continue on for advanced degrees; a culture in which success in graduate school is a matter of isolation, competition and ridiculously long hours in the lab; a culture in which female scientists are hired less frequently than men, earn less money and are allotted fewer resources.”

Vertaling: “Zoals zo vele studies hebben aangetoond, is succes in wiskunde en de harde wetenschappen, verre van een kwestie van gender, bijna volledig afhankelijk van de cultuur – een cultuur die meisjes leert dat wiskunde niet cool is en dat niemand met hen uit zal willen als ze uitblinken in fysica; een cultuur waarin professoren hun vrouwelijke studenten zelden aanmoedigen om door te gaan voor voortgezette diploma’s: een cultuur waarin het succes in de doctoraatsopleiding een kwestie is van isolatie, concurrentie en belachelijk lange uren in het labo; een cultuur waarin vrouwelijke wetenschappers minder vaak worden aangesteld dan mannen, minder geld verdienen en minder middelen toegewezen krijgen.”

15 oktober 2013 is Ada-Lovelace-dag.

15 oktober 2013 is Ada-Lovelace-dag

Als ik in de loop van de dag nog gerelateerde dingen zie, zal ik een aanvulling posten. Tips hiervoor zijn uiteraard welkom in de commentaren!

Aanvullingen (15 oktober 2013):

(1) De Petrie-multiplicator

Een eenvoudig wiskundig model toont aan dat de hoeveelheid seksisme die een vrouw te verwerken krijgt, in situaties waarin vrouwen in de minderheid zijn, schaalt als het kwadraat van de man-vrouw-verhouding. Dit heet de Petrie-multiplicator en is genoemd naar de computerwetenschapper Karen Petrie, die het model bedacht. (Ha, ze leerde programmeren met een Commodore 64, net als ik!)

Het model zelf is trouwens niet seksistisch, want het gaat ervan uit dat mannen en vrouwen even vaak seksistische opmerkingen maken. Desondanks krijgen de leden van de minderheidsgroep het vaakst vervelende opmerkingen te horen, omdat er enerzijds meer mensen zijn die de opmerkingen kunnen maken en anderzijds minder mensen aan wie ze gericht kunnen zijn. Dit effect is niet gewoon dubbel, maar kwadratisch. Het effect is van toepassing op vrouwen op wetenschappelijke congressen, maar net zo goed op mannen die verpleger zijn.

Het is niet omdat dit model voorspelt dat minderheden het extra moeilijk zullen hebben, dat er reden is tot pessimisme. Dit model heeft parameters en die kunnen we zelf beïnvloeden:

  • voor mensen in de meerderheid: extra lief zijn voor minderheden, want er zijn al genoeg anderen die het hen moeilijk maken;
  • voor mensen in de minderheid: olifantenhuid kweken en vrolijk doorwerken, want als jij weggaat raakt de verhouding nog meer uit balans.

(2) Top-10 van wetenschappers

Er zijn heel veel goede wetenschappers en daar zitten uiteraard ook vrouwen tussen. Doctoraatsstudente Suzi Gage geeft haar persoonlijke top-10 van vrouwelijke wetenschappers.

(3) Interview met Ada Lovelace

Het is al van vorig jaar, maar het is origineel gedaan: een “interview” met Ada Lovelace. Dit interview heeft uiteraard nooit plaatsgevonden, maar de antwoorden zijn wel zinnen van Lovelace zelf, bijeengeplukt uit haar brieven en andere teksten.

Aanvulling (17 oktober 2013):

Ik kreeg een bericht van Catherine Lenoble: voor het eerst wordt er ook in België een Wiki-edit-a-thon georganiseerd en dit op op 22 oktober 2013 . De bedoeling is om de Wikipedia-pagina’s van vrouwelijke wetenschappers aan te vullen. Je kunt mee gaan doen in Brussel of van thuis uit meewerken: zie de meetup pagina op Wikipedia. (De organisatoren spreken Frans, maar uiteraard mag je ook aan Nederlands- of Engelstalige pagina’s werken.)

Als je wil meedoen, dan graag een mailtje richting Catherine Lenoble (catherinelenoble [at] gmail [dot] org).

Gelukkige Ada-Lovelace-dag!

Ada Lovelace.Vandaag staat in het teken van Ada Lovelace en met haar alle vrouwen in de technologie. In de eerste plaats zijn dit informatici en ingenieurs, maar bij uitbreiding is dit ook de feestdag voor vrouwen in exacte vakken: wiskundigen en natuurwetenschappers.

Ada Lovelace werd geboren in 1815. Ze was de dochter van Lord Byron, die echter haar moeder verliet kort na Ada’s geboorte. Ada kreeg privéonderricht en haar moeder zorgde ervoor dat haar leraren haar vooral onderwezen in wiskunde en natuurwetenschappen. Op deze manier hoopte ze te voorkomen dat Ada, net als haar vader, dichter werd.

Eén van haar docenten was Mary Sommerville, met wie ze een sterke band opbouwde. Mary moedigde Ada aan om wiskunde te studeren en stelde haar in 1833 voor aan Charles Babbage, die in die tijd een analytische machine ontwikkelde, de voorloper van de moderne computer. Ada ging met hem samenwerken en in 1843 noemde hij haar “The Enchantress of Numbers (“de tovenares van getallen”). Vaak wordt gezegd dat zij het allereerste computerprogramma schreef, al is de machine waarop dit programma zou kunnen draaien niet gerealiseerd. Bekijk hier een TED-praatje over de machine van Babbage en de rol die Lovelace erbij speelde.

Rond 1980 werd de programmeertaal ADA naar haar vernoemd. Dit heeft er vermoedelijk sterk toe bijgedragen dat Ada Lovelace geleidelijk aan een bekend symbool is geworden voor vrouwelijke informatici en wiskundigen. De historische Ada vormde ook de inspiratie voor 2D Goggles, de webcomic van Sydney Padua waarin Ada Lovelace wordt voorgesteld als een steam-punk-heldin: lees zeker de biografische introductie. Intussen is ze bekend genoeg om te bestaan als Lego-versie en als kostuum voor Little Big Planet.

(Het portret toont Ada in 1838.)

16 oktober 2012 is Ada-Lovelace-dag.

16 oktober 2012 is Ada-Lovelace-dag

Meedoen aan de Ada-Lovelace-dag is eenvoudig: praat vandaag over vrouwen in exacte vakken! Als je een blog hebt, kun je bijdragen door een bericht te posten over zo’n rolmodel en je blogpost dan aan te melden bij “Finding Ada” (hier registreren). Tweeten mag ook; gebruik dan hashtag #ALD12. Verder kun je meedoen aan een Wikithon (via), waarbij het de bedoeling is om nieuwe pagina’s aan te maken over belangrijke vrouwen uit de wetenschapsgeschiedenis en bestaande pagina’s te verbeteren. Als iemand zich geroepen voelt, maar geen inspiratie heeft, dan hierbij een suggestie: Mary Somerville heeft nog geen Nederlandstalige Wikipedia-pagina.

De Ada-Lovelace-dag werd voor het eerst gevierd in 2009. We zijn dus al aan de vierde jaargang toe, maar de dag heeft (nog) geen vaste datum. Initiatiefneemster Suw Charman-Anderson haalde haar inspiratie voor deze dag uit een onderzoek van psychologe Penelope Lockwood uit 2006 (bron): zij toonde aan dat vrouwen meer nood hebben aan vrouwelijke rolmodellen dan mannen nood hebben aan mannelijke rolmodellen. Vorig jaar werd de dag gehouden op 7 oktober en toen schreef ik over hoe moeders, die zelf niet in de wetenschappen werken, een rolmodel kunnen zijn voor hun dochters die wel deze weg kiezen.

Wie heeft die lippenstift in mijn wetenschap gezet?Uiteraard is het nefast om vrouwelijke wetenschappers als een soort laboratoriumprinsessen te profileren (link). Het was in juni van dit jaar dan ook behoorlijk schrikken toen de Europese Commissie de lanceringsvideo voor haar campagne “Science: It’s a Girl Thing!” op de wereld losliet. De videoclip was bedoeld om meisjes warm te maken om wetenschappen te gaan studeren, maar sloeg de plank volledig mis en werd op unaniem boe-geroep onthaald bij vrouwelijke wetenschapsbloggers. Enkele reacties:

  • Martha Gill: “This kind of campaign insults women who are interested in science already and can more than hold their own with the boys.” (“Dit soort campagnes beledigt vrouwen die al geïnteresseerd zijn in wetenschappen en die zichzelf meer dan staande kunnen houden tussen de jongens.”)
  • Olivia Solon: “Who put this lipstick in my science?” (“Wie heeft die lippenstift in mijn wetenschap gezet?” Dit is een verwijzing naar het logo van de campagne, waarbij een lippenstift de letter i vervangt in het woord science, dat trouwens ook met lippenstift geschreven staat.)
  • Anna Leach: “Sigh. This is kind of like putting a croissant next to a circuit board in an attempt to get more French people into electrical engineering.” (“Zucht. Dit is als een croissant naast een printplaat leggen met als doel meer Fransen geïnteresseerd te krijgen in elektrotechniek.”)
  • Maryn McKenna verzamelde scherpe Twitter-reacties.
Marie Curie ontdekte radium in haar handtas toen ze naar lippenstift zocht.

Marie Curie ontdekte radium in haar handtas toen ze naar lippenstift zocht. (Bron afbeelding.)

De gewraakte clip werd snel offline gehaald (al is hij op YouTube nog te bekijken, als je écht zou willen) en vervangen door een veel betere reeks video’s. Door telkens een levensechte onderzoeker centraal te stellen, in plaats van een (slechte) muziekvideo te immiteren, krijg je automatisch meer nuance. Dit soort video’s geeft niet alleen een goed beeld van vrouwelijke wetenschappers, maar van de veelzijdigheid van een wetenschappelijke carrière tout court. In het voorbeeld uit de reeks dat ik hieronder heb ingevoegd, vertelt Joanna Zmurko over haar doctoraatsonderzoek in de virologie. We zien dat deze Poolse doctoraatsstudente tijdens de opnames aan de KU Leuven was voor haar onderzoek, wat ook meteen duidelijk maakt dat wetenschap een internationale onderneming is.

Vrouwen en technologie is op meer vlakken een moeilijke combinatie, niet enkel op het vlak van carrièrekeuze. Veel bedrijven volgen de “pink it, shrink it“-strategie, zegt Belinda Parmar: ze menen dat ze hun technologische snufjes enkel aan de vrouw kunnen brengen in de vorm van een speciale versie die roze is en iets kleiner.

Pink it, shrink it.

“Pink it, shrink it”: illustratie van Belinda Parmar. (Bron afbeelding.)

Ik heb weinig sympathie voor roze in het algemeen en evenmin voor roze speelgoed voor meisjes. We kunnen echter niet alles ineens veranderen. Daarom toch een bonuspunt voor deze zelfverklaarde “Zweedse geek” die een Ada-rugzak voorstelt. In het roze, dat wel, maar dat is voorlopig de enige manier om ongemerkt in de speelgoedwinkel tussen de concurrerende rolmodellen te staan.

Ada-rugzak.

Betere rolmodellen voor meisjes. (Bron afbeelding.)

Wetenschappen en technologie hebben een onvrouwelijk imago, hetgeen deze studiekeuzes minder aantrekkelijk maakt voor meisjes. Dit is dubbel jammer, want enerzijds lopen sommige vrouwen hierdoor hun droombaan mis (wat jammer is voor deze individuen) en anderzijds blijft er zo veel potentieel onderzoekstalent onbenut (wat jammer is voor de maatschappij als geheel). Het is dan ook begrijpelijk dat bijvoorbeeld de Europese Commissie hier iets aan wil doen, maar het is onmogelijk om het over “vrouwen in de wetenschappen” te hebben zonder in stereotypen te vervallen, want dit is precies een stereotype! De enige uitweg is om het niet over deze groep in het algemeen te hebben, maar juist individuele verhalen te brengen van vrouwen uit deze diverse groep. De Europese Commissie heeft dit intussen ingezien met haar video’s en ook de Ada-Lovelace-dag volgt dit formaat.

Toch blijft het een moeilijke evenwichtsoefening: volgens dit onderzoek van Diana Betz en Denise Sekaquaptewa kan het aanbieden van succesvolle vrouwelijke rolmodellen voor wetenschappelijke vakken juist demotiverend werken, vooral bij jonge meisjes! Maar wetenschap ‘opleuken’ met roze lippenstift werkt in elk geval niet en ziet er alleen maar potsierlijk uit.

Er zijn verhoudingsgewijs weinig vrouwen in de wiskunde.

Probleem: er zijn verhoudingsgewijs weinig vrouwen in de wiskunde. Verstandige oplossing: “Kunnen we het stigma van wiskunde als onvrouwelijk proberen opheffen?” Gebruikelijk idee: “Kunnen we wiskunde ROZE maken?” (Cartoon van Saturday Morning Breakfast Cereal.)

Aanvulling (16 oktober 2012):

Ook bij Wetenschap 101 verscheen er een filmpje naar aanleiding van deze Ada-Lovelace-dag.

Ada Lovelace en sterke moeders

Ada Lovelace was wiskundige en ze ontwikkelde het eerste computerprogramma... in 1843.Gelukkige Ada-Lovelace-dag!

Vandaag, vrijdag 7 oktober, staat in het teken van Ada Lovelace (het moet niet altijd Marie Curie zijn) en met haar alle vrouwen die in STEM-vakgebieden werken. STEM staat voor ‘Science, Technology, Engineering and Mathematics’. In al deze vakgebieden – natuurwetenschappen, technologie, ingenieurswetenschappen en wiskunde – vormen vrouwen tot op heden een minderheid. De website van de Ada-Lovelace-dag roept op om vandaag over wetenschapsvrouwen te bloggen. (De vorige twee jaar werd er al eens zo’n blogdag georganiseerd, maar dan op 24 maart.) Er zijn ook speciale activiteiten in Londen; helaas passeer ik daar pas over twee dagen.

Mijn eigen keuze voor fysica werd sterk gestuurd door mijn voorliefde voor sciencefiction: als tiener was mijn favoriete auteur Isaac Asimov, bekend van de robotverhalen (I, Robot werd ook verfilmd) en de Foundation-reeks. Omdat Asimov ook populair-wetenschappelijk boeken over astrofysica schreef, dacht ik dat hij astrofysicus was. Ik ging fysica studeren omdat ik dan net als Asimov over leuke dingen zou kunnen schrijven. (En toch heb ik na mijn studie nog tien jaar gewacht om met een blog te beginnen – stom!) Vorig jaar pas las ik de biografie van Isaac Asimov. Toen kwam ik erachter dat hij helemaal geen astrofysicus was, maar biochemicus. Dat verzin je toch niet?! Het leven kan raar lopen…

Ik ben altijd graag fysica geweest, al hebben sommige vrouwen minder positieve ervaringen (zie ook deze post). Intussen werk ik aan de faculteit Filosofie, niet meer binnen STEM dus. In de Theoretische Filosofie blijken vrouwen net zo in de minderheid als in STEM – al hebben we in Groningen wel een vrouwelijk departementshoofd.

In juni schreef ik al over de zomerschool die door de European Women in Mathematics georganiseerd werd in Leiden (hier, hier en hier). Ada Lovelace was daar ook al de mascotte. Op één van de sessies over vrouwen in STEM-vakgebieden werd aan de deelnemers gevraagd om onder elkaar te bespreken waarom zij wiskunde (of fysica in mijn geval) waren gaan studeren. In ons groepje zat een Chinese wiskundige. Zij was wiskunde gaan studeren op advies van haar vader. Voor de Duitse wiskundige in ons groepje was wiskunde haar favoriete vak geweest op de middelbare school; ze had er eigenlijk nooit bij stilgestaan dat dit een ongebruikelijke keuze was voor een meisje. Ik deed mijn Asimov-verhaal. Daarna nam de gespreksleidster terug het woord. “Als ik deze vraag stel”, zei ze, “vertellen de meeste mensen iets over gebeurtenissen van tijdens de laatste jaren van de middelbare school. Maar vóór die tijd hebben er al heel wat meisjes beslist dat STEM niets voor hen is.” Ze was dan ook van mening dat onderzoek niet enkel moet focussen op waarom sommige vrouwen wel voor STEM kozen, maar minstens evenveel moet kijken naar waarom zo veel meisjes wiskunde of wetenschap uit hun vakkenpakket schrappen. Zo kwam er een gesprek op gang over stereotypen en vooroordelen.

Uiteindelijk gaat het om diversiteit.Ook mannen kunnen een goed rolmodel zijn voor jonge vrouwelijke wiskundigen, vond een deelneemster op de zomerschool. Dat is natuurlijk zo. Mijn stelling voor de Ada-Lovelace-dag is dat hetzelfde geldt voor sterke vrouwen die zelf niet in STEM werken. Omdat ik het zonder haar niet beseft zou hebben, moet ik beginnen bij het verhaal van Deense wiskunde A., die ook op de zomerschool was.

Op de suggestie om ook naar zeer vroege invloeden te kijken, reageerde A. als volgt. “Ik heb me helemaal nooit aan vrouwelijke wiskundigen of wetenschappers gespiegeld. Er waren zo geen rolmodellen in mijn leven. Maar door er nu over na te denken, viel opeens het kwartje: mijn moeder stond thuis aan het hoofd van een boerderij. Dat was heel ongebruikelijk; alle andere boerderijen in de omtrek werden door de man van het gezin gerund, maar mijn vader ging gewoon naar kantoor. Ik had dus wel een sterk vrouwelijk rolmodel in mijn leven: mijn moeder. En al was zij helemaal niet geïnteresseerd in wiskunde, zij heeft me getoond dat je als vrouw eender welk beroep kunt doen. Wat gek dat ik dat nu pas besef.”

Bij mij viel het kwartje nog iets later: pas toen A. dit vertelde, besefte ik dat ik een soortgelijke situatie zat. Heeft mijn moeder me niet altijd verteld dat ze als enige vrouw op de bus naar de Ford-fabriek zat? Dat ze er ook bandleidster was? Toch niet slecht voor een ongeschoolde arbeidster… Als ze me iets heeft getoond, is het dus wel dat je als vrouw eender in welke sector kunt gaan werken en er de broek kunt dragen (ook letterlijk trouwens). Mijn moeder heeft niet mogen studeren. Als ze dat wel had gemogen, was ze verpleegster of stewardess willen worden, zegt ze. Typisch zachte beroepen uit overwegend vrouwelijke sectoren dus. Maar je studiekeuze hangt ook af van je voorkennis. Toen ik dertien was – de leeftijd waarop mijn moeder uit moest gaan werken – wist ik nog niet eens wat fysica was, laat staan dat ik het had willen gaan studeren. Mijn moeder is ongeschoold, ze heeft dus zelfs geen snit-en-naad gehad, maar toch heeft ze zichzelf geleerd om patronen te tekenen. Ze kan van helemaal niets iets maken. Is dat niet wat ingenieurs ook doen? Ze kan een ingewikkeld haakwerk reverse engineeren en het dus zonder patroon namaken (en ondertussen zelfs een beetje verbeteren). Is het herkennen van patronen niet iets wat typisch met wiskunde en wetenschappen wordt geassocieerd? Waarom heet het techniek als het met kabeltjes of bouten is, maar huisvlijt als het met stof en draad is?

Ik weet het best: mijn moeder zal lachen als ze dit leest. “Het is toch maar een handwerkje, wat jij doet is toch iets helemaal anders?” zal ze zeggen. Vergelijken is sowieso niet fair, want ik ben wél naar school mogen gaan en daarna naar de universiteit. Ik ben mijn ouders hier heel dankbaar voor. Ook mijn vader wist wat het was om wel te willen maar niet te mogen verder studeren. Zijn vader stierf en in een gezin van zes kinderen betekent dat: gaan werken of verhongeren. Hij heeft nog wel een diploma als elektricien kunnen behalen bij het leger, maar aan de universiteit studeren zat er financieel niet meer in.

Hoe zat het met de moeder van Ada Lovelace? Ook zij was een sterke vrouw. Annabella Milbanke (en later barones Wentworth) heette ze en ze verliet haar man, de dichter Lord Byron, om alleen voor Ada te zorgen vanaf dat het meisje één maand oud was. Ada’s moeder wou te allen prijze verhinderen dat het meisje dezelfde weg op zou gaan als haar waanzinnige (volgens Annabella) vader. Geen poëzie dus voor Ada, maar een stevige opleiding in de wiskunde.

In die zin was ik beter af dan Ada: ik mocht studeren wat ik maar wou; er was thuis geen specifiek vooroordeel voor of tegen STEM-vakken. Poëzie of fysica? Dat mocht ik volledig zelf kiezen. Het geldt voor alle keuzes en voor alle minderheden: gewoon zelf mogen kiezen is het allerbeste. Maar om te kunnen kiezen moet je wel kansen krijgen. Omdat ik vind dat elk kind naar school moet kunnen gaan, stel ik voor om deze Ada-Lovelace-dag te vieren met een storting voor Unicef (ze hebben diverse projecten rond onderwijs en gender-evenwicht).

[De citaten in dit stukje zijn met een korrel zout te nemen: de zomerschool is al een tijdje geleden en de voertaal was er Engels. De kans dat de deelnemers dit letterlijk zo hebben gezegd is dus exact nul. Ook is autobiografische informatie notoir onbetrouwbaar; ik kan alleen maar schrijven wat ik denk te weten.]

Witte raven bij de kapper

Ada Lovelace was wiskundige en ze ontwikkelde het eerste computerprogramma... in 1843.De zomerschool in Leiden waar ik deze week aan deelneem, is de vierde European Women in Mathematics zomerschool. Het is een week vol lezingen over wiskunde, waarbij een grote meerderheid van de sprekers en deelnemers vrouwen zijn. En ja, dit is binnen de wiskunde eerder ongewoon. Noem maar eens een bekende wiskundige (of fysicus, informaticus of ingenieur): de kans is groot dat je vooral mannelijke voorbeelden kent.

Beroemde wiskunde-vrouwen, ze bestaan natuurlijk wel. Op de affiche voor de zomerschool prijkt zo’n witte raaf, wiskundige Ada Lovelace, zoals ze werd geschilderd in 1838. Zij schreef het eerste computerprogramma: ze werkte samen met Babbage die in die tijd een analytische machine ontwikkelde, de voorloper van de moderne computer. De computertaal ADA is ook naar haar vernoemd. Leuk detail: Ada was de dochter van Lord Byron, die echter kort na Ada’s geboorte van haar moeder scheidde. Haar moeder zorgde ervoor dat Ada’s privéleraren haar vooral onderwezen in wiskunde en natuurwetenschappen, in de hoop zo te voorkomen dat Ada, net als haar vader, dichter werd.

Terug naar het heden. De lezingen op de zomerschool gaan over diverse thema’s: logica, geometrie en geschiedenis van de wiskunde. Er zijn ook sessies waarin we als deelnemers zelf aan de slag moeten. Omdat het bij de geschiedenissessie over de ontwikkeling van de calculus gaat (zeventiende eeuw), heb ik voor die sessie gekozen. Samen met een collega lezen we twee teksten van Newton. Terwijl bij Leibniz het concept ‘infinitesimaal‘ centraal staat, schrijft Newton vooral in termen van ‘fluxionen’: afgeleiden van veranderlijke grootheden naar de tijd. Het is nog best lastig om de originele teksten te lezen! (We lezen weliswaar de Engelse, niet de Latijnse versie.) Hoewel afgeleiden tegenwoordig worden genoteerd als \frac{dx(t)}{dt} , wordt er in de fysica ook nog vaak gebruik gemaakt van Newtons punt-notatie, dus \dot{x}. Om het Newton nu ook eens zelf te zien doen (bij wijze van spreken dan), is heel interessant voor een natuurkundige.

Wiskunde is geen populair onderwerp in de gemiddelde kapperszaak.Maar misschien wil je liever weten waarover er gepraat wordt tijdens de koffiepauze op een congres met hoofdzakelijk wiskunde-vrouwen? Over naar de kapper gaan! Dit bezorgt  wiskundigen blijkbaar -euhm- kopzorgen. Als de kapper vraagt “Wat doe je voor werk?”, dan volgt op het antwoord dat je wiskundige bent doorgaans een ongemakkelijk stilte. Creatieve oplossingen hiervoor zijn: doen alsof je de vraag niet verstaan hebt (door op een andere, niet gestelde, vraag te antwoorden), liegen, of een kapper zoeken die de taal niet goed spreekt.

(meer…)