Tag Archief: foto

Het leven te slim af

Klem.Het leven is soms hectisch. Het kan dan als een enorme overwinning voelen wanneer je zelf een creatieve oplossing vindt voor een alledaags probleempje. Dankzij het internet kun je ook gemakkelijk aan inspiratie komen door de oplossingen van andere mensen te lezen. Zoek maar eens naar “life hacks” en je krijgt meteen een hele waslijst aan voorbeelden. Een goede Nederlandstalige term heb ik er nog niet voor gevonden, dus hou ik het voorlopig bij deze omschrijving: “tips om het leven te slim af te zijn”.

Een tijdje geleden zat ik zelf met een vervelend praktisch probleem. Een kinderzitje in de auto monteren kan – afhankelijk van het merk van het zitje en je eigen handigheid – vrij moeilijk zijn. Je moet namelijk de autogordel volledig afrollen om achter het zitje door te kunnen, maar als de gordel tijdens dit manoever per ongeluk een beetje terug oprolt, blokkeert die. Je moet de gordel dan eerst volledig terug oprollen, voor je die terug kunt afrollen. Ondertussen zit je gegarandeerd met een huilende baby, waardoor je je wil haasten en alles nog minder gesmeerd verloopt.

Toen heb ik volgend trucje bedacht. We hebben thuis plastic klemmen die we vooral gebruiken om diepvrieszakjes te sluiten. (In theorie kun je er ook halfvolle zakjes chips mee afsluiten, maar vreemd genoeg hebben we ze daar zelden voor nodig!) Het zou toch mooi zijn als je die op de afgerolde gordel kon klemmen, zodat je je beide handen vrij had om het zitje veilig op de achterbank te plaatsen… En jawel, hoor, dit simpele trucje werkt echt. Na enkele keren rustig een zitje monteren had ik mijn “gordelklem” daar zelfs helemaal niet meer voor nodig. Daarom plaats ik deze tip nu online, als inspiratie voor andere onhandige ouders. :-)

Gordelklem.

Zie hier, een gordelklem. Je kunt ook voor een zwart exemplaar kiezen, zodat de klem minder opvalt in je autointerieur, maar het voordeel van zo’n knalkeur is juist dat je het ding altijd snel terugvindt.

Eén van de internet-memes van het voorbije jaar (in de stijl van Philosoraptor) is ‘Actual advice mallard‘: de wilde mannetjes eend die onderaan het plaatje – op de plaats waar je een grappige clou verwacht – met echt advies op de proppen komt. Hier vind je een kleine selectie met vooral huishoudelijke tips.

Broodsluiting als herkenningsteken aan verschillende stekkers.Nog meer praktische tips voor het dagelijks leven vind je hier. Je kunt bijvoorbeeld je computerkabels uit elkaar houden met behulp van de plastic sluitingen van broodzakken (waar overigens een heuse fylogenetische stamboom van bestaat, die in een medisch tijdschrift verschenen is). Toevallig heeft Greet van Pimpajoentje ook net een blogpost over het labelen van kabels, maar zij heeft er speciale sierdoppen – aka tsjoepkes – voor gekocht. :-)

Het past niet helemaal in dezelfde categorie als het voorgaande, maar het is wel even troostend in chaotische tijden: wanneer je ontdekt dat totaal ongerelateerde voorwerpen precies in elkaar blijken te passen. Daar bestaat natuurlijk een Tumblr-blog voor. Zo’n vondst kan overigens wel tot een praktische tip uitgewerkt worden. Zo passen de wieltjes van het park van ons zoontje precies over de tegels voor de sier-openhaard: een hele plaatswinst in onze living! En als er een muntje past in de holle zijkant van je fietsstuur, dan heb je altijd pasmunt op zak voor een ijsje ergens onderweg. :-)

Andere originele tips zijn altijd welkom in het commentaarvakje.

Wiskunde van planeet Aarde (Zomerschool in Triëste)

Mathematics of Planet Earth.Wiskundigen hebben 2013 uitgeroepen tot het jaar van “wiskunde van planeet Aarde” (website). Over dit thema zal er in Italië een zomerschool gehouden worden. Je kunt je hiervoor aanmelden tot 15 februari 2013.

De zomerschool wordt georganiseerd door de vereniging voor Europese vrouwen in de wiskunde (EWM). Alle wiskundigen zijn welkom: daar hoef je vrouw, noch Europeaan voor te zijn! Zelf was ik aanwezig op hun vorige zomerschool, die toen in Leiden plaatsvond. Als Europese vrouw maar niet-wiskundige was ik er alsnog een buitenbeentje. :-) Mijn blog was toen nog nieuw en ik deed dan ook uitgebreid verslag (hier, hier, hier en hier).

Toegegeven: op voorhand had ik mijn twijfels over het concept. Zo’n congres met een meerderheid aan vrouwen, wat is daar de meerwaarde van? Toch ben ik tijdens die week anders gaan denken over het thema diversiteit in de exacte wetenschappen. Bovendien heb ik er ook heel interessante tutorials gevolgd. Als je zelf onderzoek doet naar een onderwerp dat aansluit bij het huidige thema rond wiskunde (of wiskundige fysica) van planeet Aarde (denk bijvoorbeeld aan dynamische systemen en niet-lineaire partiële differentiaalvergelijkingen), kan ik je dus enkel aanraden om deel te nemen.

De zomerschool zal plaatsvinden in Triëst (in het noordoosten van Italië, in de buurt van Venetië). Meer bepaald in Miramare aan het ICTP, of voluit: Centro Internazionale di Fisica Teorica Abdus Salam. Het centrum heeft budgetten om onderzoekers uit ontwikkelingslanden te helpen om de daar georganiseerde symposia bij te wonen. Op die manier kan de zomerschool dus ook een heel divers publiek bereiken. In 2009 verbleef ik zelf een week aan het centrum samen met Danny. Terwijl Danny er lezingen volgde en een poster presenteerde op het congres over computationele fysica, werkte ik er rustig verder aan mijn bureau met zicht op zee. Het was toen januari en bitter koud, dus voor de komende zomerschool eind mei zal het er vast nog mooier zijn.

Internationaal Centrum voor Theoretische Fysica in Miramare.

In 2009 verbleef ik met Danny in het Internationaal Centrum voor Theoretische Fysica (ICTP) in Miramare. Van aan mijn bureau had ik dit uitzicht op de Adriatische Zee.

Aanvulling (3 februari 2013):

Het ICTP is opgericht door Abdus Salam, een theoretisch fysicus uit Pakistan die in 1979 de Nobelprijs Natuurkunde deelde met Sheldon Glashow en Steven Weinberg voor hun werk in de deeltjesfysica. Hoewel Salam daarmee de eerste Pakistaanse fysicus was die deze eer te beurt viel, was zijn geboorteland verre van opgetogen en dit omdat hij tot een religieuze minderheid behoorde.

Over het leven van Abdus Salam wordt momenteel een documentaire gemaakt. De makers zijn nog op zoek naar fondsen voor de postproductie; ze mikken op 150 000 dollar. Ze hebben alvast een voorsmaakje online geplaatst op Vimeo:

Boomklever

Gevonden op het geheugenkaartje van mijn fototoestel: een herinnering aan onze laatste wandeling van voor het zo is beginnen sneeuwen en regenen. Daarbij hield ik halt in het park om een foto te maken van een vink. Terwijl ik stilstond, zag ik dat er nog meer vinken in het gras zaten. Ik keek even rond en zag een andere vogel tegen de stam van een boom zitten. Eerst dacht ik aan een specht, maar toen de vogel langs de stam naar beneden begon te huppen, kwam de naam “boomklever” in me op. De vogel had een oranje buik zoals een ijsvogel en een eerder grauwe rug.

Er passeerde een fietser en de vinken vlogen op, maar de (vermeende) boomklever verdween slechts even uit het zicht, naar de andere kant van de stam. Ik probeerde een foto te maken, maar volledig inzoomen op een beweeglijke vogel leverde enkel wazige beelden op. Thuis checkte ik het op Wikipedia en ja: zowel de kleuren als het bewegingspatroon (met name het naar beneden kunnen lopen langs de boomstam) blijken overeen te komen met die van de boomklever. Het is helemaal geen zeldzame soort, maar voor mij was het toch de eerste keer dat ik een exemplaar zag.

Vink en boomklever.

Links een vink en rechts een boomklever.

Traanfilm (oplossing fotoraadsel)

Bij mensen met een bleke oogkleur, kun je prachtig de structuur van de iris zien, zoals hier gefotografeerd door Suren Manvelyan.Het is een veelgehoord advies over babyverzorging: maak veel oogcontact met je baby, onder andere tijdens de voeding. Hier voeg ik graag mijn eigen advies aan toe: gebruik deze tijd eens om de oogkleur van je baby te bestuderen.

Vlak na de geboorte zijn de ogen van bijna alle blanke baby’s blauwgrijs. In een eerder blogbericht schreef ik al dat dit een “structurele kleur” is: de kleur wordt namelijk niet enkel bepaald door de aanwezige pigmenten, maar ook door verstrooiing van het invallende licht aan structuren in de iris. Als je aandachtig kijkt naar de ogen van een baby of van een volwassene met bleke ogen, kun je bovendien structuren in de iris ontwaren: dit is immers een spier, met een vezelachtige structuur, die zichtbaar is als kleine kleurvariaties. (Op de foto bij het fotoraadsel zie je bijvoorbeeld dat de iris bij ons kindje iets bleker is rond de pupil en iets donkerder blauw aan de rand ervan.)

Maar tijdens één van de voedingen zag ik dus nog iets anders en dat inspireerde me tot deze opgave voor een fotoraadsel:

Zittend voor het raam geef je de baby een flesje. In de ogen van het kindje zie je een weerkaatsing van het gebouw aan de overkant van de straat. Boven het gebouw drijven wolken voorbij: roze, groene en paarse wolken, die gaandeweg van kleur veranderen.

Je draait je om naar het raam om deze prachtige wolken te zien, maar de hemel is egaal blauw. Er is geen wolkje te zien.

Je kijkt terug naar de ogen van de baby en ja, hoor: de kleurrijke wolken zijn er nog steeds.

Rara, wat is er hier aan de hand?

Reflectie van gebouw in babyoog.

Reflectie van gebouw in babyoog. Rara, wat is er aan de hand met die kleurrijke wolken?

Je leest het antwoord na de vouw. (meer…)

Debat over farma en media

Debat.Vorige week nestelde ik me op woensdagavond (28 november) in één van de rode zeteltjes in de Handelsbeurs in Gent. Op het podium stonden er vijf stoelen klaar voor een debat in de reeks “Grijze Cellen” (georganiseerd door Eos, het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) en deBuren), deze keer in samenwerking met “MediaCafé” (georganiseerd door deBuren, de Vereniging voor onderzoeksjournalisten (VVOJ), het Fonds Pascal Decroos (FPD) voor bijzondere journalistiek en het bijbehorende project Mediakritiek).

Het gesprek ging deze avond over farma en media: hoe betrouwbaar zijn berichten over (nieuwe) medicijnen? Dieter De Cleene (van Eos) was moderator. De overige stoelen waren bestemd voor (van links naar rechts):

  • Marleen Teugels: lector onderzoeksjournalistiek aan de Arteveldehogeschool en freelance journalist voor Knack,
  • Joop Bouma: onderzoeksjournalist voor de Nederlandse krant Trouw,
  • Hendrik Cammu: professor gynaecologie aan de VUB en wetenschapspopularisator,
  • Christine Vanormelingen: directeur communicatie van de Algemene Vereniging van de Geneesmiddelenindustrie (pharma.be).
Debat in de Handelsbeurs.

Start van het debat over farma en media in de Handelsbeurs.

Het is gratis om deze debatten bij te wonen, maar bij de aankondiging stond het advies om wel te reserveren. Geen loze woorden, zo bleek, want de zaal liep volledig vol, hoofdzakelijk met studenten. Toen het zaallicht werd gedoofd, lichtten er overal laptopschermen op. En zodra het debat van start ging, begonnen de studenten ijverig te tokkelen. De mensen die notities wilden nemen op papier (zoals ikzelf!) moesten dit helaas in het donker doen, tenzij ze dicht genoeg bij een laptopscherm zaten om daar nog wat licht van op te vangen.

Het was prettig om te zien dat de laptop-studenten al tijdens het debat op zoek gaan naar aanvullende informatie over de sprekers. Ik dagdroomde over een wereld waarin geen televisie bestaat, maar waar mensen samenkomen in dit soort zalen om naar geïnformeerde mensen te luisteren, intussen extra bronnen raadplegen en zich zo zelf een mening vormen.

Marleen Teugels vermeldde het Belgisch Centrum voor Farmacotherapeutische Informatie (BCFI) als een betrouwbare bron waar (onder andere) journalisten terecht kunnen voor informatie over medicijnen. Het Centrum verstrekt gratis een groen boekje met een beknopte toelichting over diverse groepen medicijnen. Dit “Gecommentarieerd geneesmiddelenrepertorium” wordt geregeld aangevuld en is ook als pdf te downloaden (kies hier de recentste versie uit de lijst).

Bel de onderzoeker.Joop Bouma gaf enkele adviezen mee aan wetenschapsjournalisten. De samenvatting van een wetenschappelijke studie – het zogenaamde abstract – en zeker het daarop gebaseerde persbericht zijn vaak te positief, dus zorg ervoor dat je het hele artikel leest. Als je dit niet begrijpt, bel dan de auteur. Je eerste vraag moet altijd zijn: “Kunt u iemand noemen die diametraal tegenover de claims in dit artikel staat?” Als de onderzoeker in kwestie “ja” zegt, vang je twee vliegen in één klap: je weet dat het een goede wetenschapper is, die houdt van een open discussie, en je hebt een onafhankelijke expert, wat zorgt voor een diversiteit aan bronnen voor je stuk.

Dit advies klinkt goed, maar ik vraag me af hoe het in de praktijk uitpakt. Als je echt iets nieuws doet, zijn er niet per se tegenstanders: andere groepen weten er dan gewoon nog niet van. Ook zullen in veel gevallen alle wetenschappers het erover eens zijn dat een nieuw idee(-tje) kan kloppen, dat een nieuwe aanpak kan werken en zo verder. Niet alle nieuwe wetenschappelijke vindingen zijn voer voor grote twisten: wetenschappelijke vooruitgang gaat meestal geleidelijk, in kleine en oncontroversiële stappen. Het is dan slechts een kwestie van tijd, geld en soms inspiratie om telkens een volgende stap te kunnen zetten. Er spelen natuurlijk ook grotere, fundamentele kwesties, die wel voor hevige discussies kunnen zorgen, maar slechts een minderheid van de wetenschappers werkt daaraan – al zijn dit juist wel de interessante onderwerpen om over te berichten, natuurlijk.

Wil je het hele debat of stukjes ervan terugkijken, dan kan dit op de pagina van Eos. Verder kun je hier een zeer uitgebreid verslag lezen van Thomas Keirse, één van de andere aanwezigen.

Herfstboog

Op de radio hoor ik dat Philippe Gilbert een boek op de markt heeft dat “Mijn regenboogseizoen” heet. De titel verwijst naar de regenboogtrui, die Philippe als wereldkampioen wielrennen een jaar mag dragen. De kleuren op de regenboogtrui zijn blauw, rood, zwart, geel en groen. Ze komen dus geenszins overeen met de traditionele regenboogkleuren, te onthouden met het ezelsbruggetje ‘roggbiv’: rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet. Toch doet dit radiobericht mij denken aan de foto die ik vorige maand maakte van een regenboog.

Regenboog in november.

Regenboog in november.

Want de herfst is natuurlijk hét regenboogseizoen bij uitstek; daar kan de (wieler-)zomer gewoon niet aan tippen. ;-)

Rara, wat is er aan de hand?

Hoera, een nieuw fotoraadsel! Lees vlug de opgave en doe een gok.

Zittend voor het raam geef je de baby een flesje. In de ogen van het kindje zie je een weerkaatsing van het gebouw aan de overkant van de straat. Boven het gebouw drijven wolken voorbij: roze, groene en paarse wolken, die gaandeweg van kleur veranderen.

Je draait je om naar het raam om deze prachtige wolken te zien, maar de hemel is egaal blauw. Er is geen wolkje te zien.

Je kijkt terug naar de ogen van de baby en ja, hoor: de kleurrijke wolken zijn er nog steeds.

Rara, wat is er hier aan de hand?

Reflectie van gebouw in babyoog.

Reflectie van gebouw in babyoog. Rara, wat is er aan de hand met die kleurrijke wolken?

De oplossing verschijnt over twee weken.

Proficiat, dr. dr. Danny!

Dit hoedje is hét symbool is bij doctoraten.Danny heeft gisteren zijn doctoraat in de chemie behaald. Hoewel ik er natuurlijk geen moment aan getwijfeld heb dat hij dit driejarige project tot een goed einde zou kunnen brengen, blijft het een kwestie van het ook effectief te doen. Daarom wens ik hem van harte proficiat met het voltooien van zijn proefschrift en het behalen van zijn nieuwe doctorstitel.

Samen hebben we nu vier doctorsgraden vergaard, dus vanaf heden kunnen we thuis kwartetten. :-) Bij deze gelegenheid zal ik eens een overzicht geven van al onze doctoraten/promoties (in chronologische volgorde).

Doctoraat 1

  • Wie: Sylvia
  • Wat: Doctoraat in de Wetenschappen – Fysica
  • Wanneer: 2008
  • Waar: Universiteit Hasselt, België
Doctoraat 1.

Linksboven: In België mag de doctorandus aan de meeste faculteiten eerst een presentatie geven waarin je je onderzoeksresultaten van de voorbije jaren toelicht. Rechtsboven: DNA-strengen worden minder plooibaar als ze aan elkaar binden en zo een dubbele helix vormen. Dit kun je begrijpen aan de hand van worm-like chain theory. Ik illustreerde deze theorie van ‘wormachtige kettingen’ met behulp van speelgoedslangen. Linksonder: De jury in toga. Rechtsonder: De receptie achteraf.

Doctoraat 2

  • Wie: Danny
  • Wat: Doctoraat in de Wetenschappen – Fysica
  • Wanneer: 2009
  • Waar: Universiteit Twente, Nederland
Doctoraat 2.

In Nederland is de presentatie geen onderdeel van de promotieplechtigheid. Danny maakte wel gebruik van de optie om vrijwillig een inleiding te geven voor het publiek. De juryleden (of ‘opponenten’) beginnen dus meteen met vragen stellen en deze ondervraging wordt abrupt beëindigd zodra de pedel de zaal binnenkomt en met zijn staf op de grond tikt. Hier krijgt Danny zijn bul (doctoraatsdiploma) overhandigd door zijn promotor.

Doctoraat 3

  • Wie: Sylvia
  • Wat: Doctoraat in de Filosofie
  • Wanneer: 2011
  • Waar: Rijksuniversiteit Groningen, Nederland
Doctoraat 3.

Linksboven: In Groningen neemt de jury eerst plaats in de aula en is er voor de promovendus dus helemaal geen mogelijkheid om een inleiding te geven. Hier een foto van tijdens de verdediging. Rechtsboven: Een vreugdekreet met de bul op de trappen van het Academiegebouw. Linksonder: Samen met Danny tussen mijn paranimfen, Sander en Karolina. Hoewel het voor vrouwen optioneel is, kozen we ervoor om alle drie in rokkostuum (pitteleer) te gaan. Rechtsonder: Het etentje achteraf.

Doctoraat 4

  • Wie: Danny
  • Wat: Doctoraat in de Wetenschappen – Chemie
  • Wanneer: 2012
  • Waar: Universiteit Gent, België
Doctoraat 4.

Danny tijdens zijn verdediging aan de UGent. Hij mocht eerst veertig minuten presenteren en werd dan gedurende ongeveer een uur ondervraagd. Hij kon alle vragen vlot beantwoorden en na een korte beraadslaging achter gesloten deuren kwam de jury terug met de verlossende woorden: Danny mag zich vanaf nu ‘doctor in de chemie’ noemen. Proficiat!

Tot slot nog twee weetjes.

Traditioneel zegt de pedel in Nederland “Hora est!” (Het is tijd!) als de tijd voor de ondervraging van de promovendus door de jury verstreken is. Hierop wordt er slechts uitzondering gemaakt aan juist de twee Nederlandse universiteiten waar Danny en ik zijn gepromoveerd: in Twente weerklinkt aan het slot “Mijnheer de rector, de tijd is verstreken”, terwijl het in Groningen “Hora finita!” is.

Als je één doctoraat behaald hebt, mag je zowel in België als in Nederland de titel ‘dr.’ voor je naam zetten (zonder hoofdletter). Als vrouw mag je jezelf ook ‘doctrix’ noemen in plaats van ‘doctor’, al blijft de afkorting daarbij onveranderd. Als je meerdere doctoraten behaald hebt, zou je ook ‘dr.mult.’ als titel mogen voeren (althans in Nederland, of dit in België ook mag weet ik niet), hetgeen staat voor ‘doctor multiplex’ (meervoudig doctor). In Duitsland mag ‘multiplex’ maar vanaf drie doctoraten en wordt voor twee doctoraten de titel ‘DDr.’ gebruikt (daar dus wel met hoofdletters).

Is getekend,

doctrix multiplex Sylvia. :-)

Vaarwel september, welkom oktober (met struisvogels)

Jeugdsentiment: een ijsje met discodip.September 2012 was de maand waarin:

  • we met vier volwassenen een softijsje met discodip bestelden: puur jeugdsenteniment;
  • ik kennis maakte met de Kafkaiaanse kant van de Nederlandse administratie;
  • er mij namelijk verteld werd dat er in één of andere computersysteem in Groningen stond dat ik een man was, waardoor ik niet zwanger kon zijn en dus ook geen aanvraag tot kraamverlof kon indienen;
  • een gehandtekend bewijsstuk van een geneesheer-specialist, die daar toch een jaar of tien voor heeft gestudeerd, het niet haalde van een fout georiënteerde bit in een obscure database;
  • ik om de oorzaak van de fout te achterhalen naar diverse diensten belde met de vraag of ze eens konden checken of ik in hun database ook onterecht als man geregistreerd stond;
  • ik me afvroeg hoeveel jaar je moet studeren om telefonist te worden, aangezien al deze mensen meteen konden horen dat ik een vrouw ben;
  • alles uiteindelijk toch nog goed kwam;
  • ik me afvroeg hoe vaak zwangere vrouwen vastgebonden op een bureaustoel in het water gegooid worden;
  • dit namelijk het enige praktische nut was dat ik kon bedenken voor deze oefening die we tijdens de zwemles voor zwangere vrouwen leerden: hoe je zittend op een plankje de overkant van het zwembad kunt halen door met je armen géén schoolslag te doen, maar enkel een beetje te wrikken;
  • mijn to-do-lijstje weer niet afgeraakte, maar wél de helft korter werd;
  • de Ig Nobelprijzen werden uitgereikt;
  • TRACK afgesloten werd;
  • de Stadshal officieel geopend werd (meer foto’s);
  • het weer even op de Gentse Feesten leek tijdens de opening van OdeGand (tiende editie van het Gent Festival van Vlaanderen).
Gent: september 2012.

Gent, september 2012. Links: plafond van de Stadshal. Rechts: Teatro Pavana bracht de voorstelling “struzzi” – met als struisvogel-jockeys verklede steltlopers – op de Korenmarkt tijdens de opening van OdeGand.

Oktober 2012 is de maand waarin:

  • de Nobelprijzen uitgereikt worden;
  • Danny zijn tweede doctoraat verdedigt;
  • mijn kraamverlof ingaat.